Springbreak - Malawi
Door: Michael van der Sande
Blijf op de hoogte en volg Michael
18 Juni 2012 | Zambia, Livingstone
Road to Malawi
Malawi; een paar maanden geleden kon ik het nog niet eens aanwijzen op de wereldkaart (netzoals Botswana, eerlijk gezegd). Toen Tinlin en ik in Zambia waren, hoorden we van verschillende mensen dat Malawi zo een leuk land voor backpackers was. Aangezien we toch geen plannen hadden, besloten we het er maar op te wagen en aan de lange reis naar Malawi te beginnen. Het kostte een volle dag om van Livingstone naar Lusaka, de hoofdstad van Zambia, te liften. Ik had even genoeg van het liften en dus wilde ik hier decadent de bus naar Lilongwe, de hoofdstad van Malawi, nemen. In de Lonely Planet van de ‘Jollyboys Backpackers’, die ik geleend had zonder te vragen, stond Nkhata Bay aangegeven als ‘the place to be’ voor jonge volwassenen met een strak budget en een grote dorst. Het was dus snel duidelijk dat dit onze uiteindelijke bestemming zou zijn.
Braaf liepen Tinlin en ik ’s ochtends vroeg naar het busstation. Het is wel even een cultuurshock als je die vriendelijke vibe in Botswana gewend bent. Je komt hier nietsvermoedend met je zware tassen op je rug aan en meteen wordt je besprongen door een gigantische menigte van mannetjes in vuile voetbalshirts. Door aan je ledematen te trekken, proberen ze allemaal jouw portemonnee in hun specifieke bus te krijgen. Dit was de eerste keer dat dit mij overkwam en dan voel je jezelf toch wel heel erg kwetsbaar. Ik dacht uiteindelijk een oprecht figuur te pakken te hebben; hij leidde ons naar de bus die in een klein halfuur zou vertrekken naar onze bestemming. Als je dan eenmaal in de bus zit, realiseer je jezelf dan toch dat je in een ‘tourist trap’ ben gelopen. De bus die om half 8 zou vertrekken, vertrok uiteindelijk om kwart over 12 en op de een of andere manier waren wij de enige passagiers die een extra 10tje moesten aftikken voor onze baggage. T.I.Z; This is Zambia. Je kan er leuk op safari, maar ik zie geen enkele reden om ooit in dit onvriendelijke en corrupte land terug te keren.
’s Avonds laat kwamen we aan in Chipata, een klein plaatsje bij de grens met Malawi. De grens was inmiddels gesloten, dus moesten we hier maar overnachten. En eerlijk gezegd wilde ik ook niets liever dan zo snel mogelijk een bed induiken na deze zware frustrerende dag.
De volgende ochtend gingen we de grens over met Malawi en kon ik eindelijk Zambia uit. We waren zo enthousiast met het spenderen van onze laatste Zambiaanse Kwacha’s in de lokale kraampjes, dat we vergaten de stempels te halen bij de Malawische douane; wordt vervolgd. Hiervandaan moesten we naar Lilongwe reizen om daar de bus te pakken naar Nkhata Bay aan het Lake Malawi. Het was weer een zware dag met veel verschillende bussen en we kwamen pas midden in de nacht aan.
Een reizigerstip voor Zuidelijk Afrika; huur een Jeep. Het excuus ‘maar het is wel authentiek’ verliest toch zijn charme na uren met je enkels tussen je oksels achterin deze vervallen roestbakken gezeten te hebben.
Nkhata Bay
De volgende ochtend werden Tinlin en ik wakker in Nkhata Bay en het was meteen duidelijk dat we de goede keuze hadden gemaakt. Lake Malawi is het één na grootste meer van Afrika. Het kristalheldere water, de prachtige vegetatie en de duizenden verschillende vissen maken dit een unieke plek op onze planeet. Nkhata bay zelf is een straatarm afrikaans vissersdorpje dat een paar jaar geleden ontdekt is door de backpackers. Mensen zijn vriendelijk en spreken engels, en alles is hier spotgoedkoop. We sliepen in ‘Mayoka Village Backpackers’ aan de rand van dit prachtige meer. Mayoka Village bestond uit houten vissershuisjes die gebouwd zijn tegen de rotsen van Lake Malawi aan. Smalle steile paadjes leiden je naar de levendige bar of naar het kleine strand. Je kunt gratis gebruik maken van de snorkels of van de kano’s. De ideale plek om een week neer te ploffen na een zware en dure start van de vakantie. Toen we meteen bij aankomst een groep engelse leeftijdsgenoten ontmoette, was het al snel besloten dat we hier de rest van onze vakantietijd zouden gaan doorbrengen.
‘You can do so much by doing absolutely nothing’. We brachten de dagen door met snorkelen, kaartspelletjes en biljart. Af en toe liepen we de berg af naar beneden om voetbal te kijken in een ‘Shebeen’ of om op het internet te gaan. We konden een dag lang alleen maar bordspelletjes spellen of een beetje aan het strand liggen luieren. ’s Middags zwom je met een duikbril op je hoofd en een snorkel in je mondhoek over de bodem van Lake Malawi. De vissen zijn zo gewend aan mensen, dat ze aan je tenen komen knabbelen. Als je dan in de late na middag van een rots afduikt, heb je een drukke dag achter de rug gehad. ’s Avonds geniet je dan in de altijd gezellige bar van Mayoka Village van je welverdiende drankje, soms aangekleed met biljartwedstrijden of een pokeravond. Ik ben geen fan van all-inclusive vakanties, maar ik moet toch zeggen dat het wel even lekker was om absoluut niks uit te voeren.
Mayoka Village lag op een heuvel, die uitkeek over de baai van Nkhata Village. Het was een korte wandeling om van de heuvel in het vissersdorpje te komen. Onderweg kwam je overal stalletjes tegen, waar de locals je probeerden hun koopwaar te verkopen. Deze hanteerde in tegenstelling tot hun Zambische collega’s een veel fijnere methode, waar de verkopers je proberen te overladen met vriendelijkheid en interesse. En het werkt, want je leert de locals steeds beter kennen en als je gedurende een volle week dagelijks deze wandeling naar beneden maakt, ontkom je er niet aan om uiteindelijk mee in een van de stalletjes gesleept te worden. Je leert deze locals steeds beter kennen en hun enigzins aparte namen, - ik noem een Boobs Mountain, Happy Coconut of een Happyness, - leer je steeds meer te waarderen . Maar de geldeconomie in Nkhata Bay is toch anders dan we die in Nederland gewend zijn. Inplaats van briefgeld, worden ze hier een stuk wilder van kleding. Een short is hier meerdere houtgesneden olifantjes waard en als je toevallig een voetbalshirt kan missen, kan je zo een hele stal leegkopen. Het was handig om zo van een paar oude kledingstukken af te komen. En het toppunt was toen ik een van deze mannen in een ‘Project Trust Volunteer’ shirt zag rondlopen, die een volunteer waarschijnlijk een paar jaar geleden had achtergelaten.
The Africa-experience
Op de Project Trust collega-volunteers na, waren wij in Afrika bijna geen andere leeftijdsgenoten tegen gekomen; tot nu dan, want in Mayoka Village raakte we bevriend met een groep engelse jongens. Het waren aardige gasten, die ook een gapyear hadden genomen en al bijna 2 weken in Mayoka Village te gast waren. Het blijft altijd lekker om verhalen over de africa-experience met elkaar uit te wisselen.
Callum, een jongen uit Northampton, vertelde me een grappig verhaal over zijn avontuur. Hij was begin Januari met een groot vrachtschip naar de haven van Ethiopie mee gevaren. Daarvandaan is hij met zijn motor langs de oost-kust van Afrika naar beneden gereden. Toen hij uiteindelijk in Malawi aankwam, was de tank zo goed als leeg. In Malawi kennen ze al jaren een groot tekort aan benzine, dus zat beste Callum nu al 4 weken hier vast. Hij kon er de humor wel van inzien; er zijn dan ook slechtere plekjes te bedenken om 4 weken te moeten zitten. Met het bodempje dat hij nog over had, zijn we op een gegeven moment naar een benzine station gereden. Hier stonden ruim 100 verschillende autootjes, groot en klein, in een lange rij geparkeerd. Als er een nieuwe lading benzine zou komen, stonden deze alvast in de rij.
Er was nog een groep van 3 andere engelse jongens, die naar ‘English Boarding school’ waren geweest. Het enige waar zij zich druk om maakten waren de nieuwe toekomstige cannabis wetten tav toeristen in Amsterdam. ‘Typical Private school boys’, aldus Martin Tinlin. Desalniettemin waren het erg gezellige figuren, die alleen af en toe iets te veel tijd doorbrachten in hun kamer. Tenslotte was een Australisch koppel, Nick en Zuzu. Ze waren beide in de 30 en al 12 jaar samen. Ze waren samen 3 maanden geleden in Nkhata Bay gestrand en verliefd geworden op de plek. Zij waren samen bezig aan hun 4-jarige wereldreis en in anderhalf jaar hadden ze het van Kaapstad tot Malawi geschopt. Zolang ze het naar hun zin hadden, bleven ze op één plek en probeerden ze hier iets bij te verdienen. In Mayoka Village hadden ze inmiddels samen de leiding zolang de eigenaar op vakantie was. Aan het einde van hun reis wilden ze trouwen in Griekenland. Gedurende 4 jaar rustig van Kaapstad naar Griekenland reizen, om daar te trouwen met de liefde van je leven; dat is toch ongelofelijk cool.
‘That stupid stamp’
Na een ontzettend lekkere rustige week in Mayoka Village was het tijd om terug naar school te gaan. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan; om van een afgelegen plaatsje aan Lake Malawi terug naar het midden van de Okavango Delta te komen, moet je 4 volle dagen reizen. Daarnaast had ik nog een extra obstakel; het geld was op.
De eerste etappe ging redelijk soepel; om half 6 ’s ochtends vertrokken we in een gammel busje van Nkhata Bay naar Lilongwe. Hemelsbreed is deze afstand 300km; met de slechte wegen in Malawi doe je hier ruim 10 uur over. De volgende ochtend probeerden we zo snel mogelijk naar de grens Malawi-Zambia grens te komen, zodat we hiervandaan de bus naar Lusaka konden nemen. Alles ging soepel en om 9uur stonden we bij de grens. Alleen hier kwam het moeilijkere gedeelte; we hadden beide geen geld meer. We wilde proberen de grens te vermijden om zo de 50 dollar visumkosten voor Zambia (ja, zelfs als je maar 2 dagen in zambia bent moet je dit betalen) te ontlopen. Daarnaast hadden we geen officele stempel voor Malawi in ons paspoort, omdat we oprecht vergeten waren die te halen.
Heel cool en nonchalant probeerden Tinlin en ik langs de immigratiebalie van Malawi te lopen, maar natuurlijk werden we meteen in onze kraag gevat. We lieten onze paspoorten zien en ik probeerde het dom te spelen. Ze waren niet onder de indruk. We werden in de handboeien geslagen en afgevoerd naar een Malawisch politie bureau. Daar zit je dan, zonder geld en een strakke deadline om terug te komen op school in een politiebureau uren op een bankje te wachten, met geen idee wat er precies met je gaat gebeuren. Pal voor mijn neus zaten een paar agenten te patience’en op computers. Tinlin hield wijzelijk zijn mond, maar zo zit ik helaas niet in elkaar. Ik ging praten en vragen wat nou precies het hele idee hier was - wat er nou precies met ons ging gebeuren. Ik heb zelfs geroepen ‘I want my phone call’; ja, ik kijk te veel films. Toen mij werd verteld dat ik in de cel zou slapen en mij morgen een rechtzaak te wachten stond, schoot ik in de stress. Ik weet niet hoe vaak ik hen heb verteld dat ik een vrijwilliger ben, die voor niks werkt met straatkinderen in Botswana.
Toen ik uitlegde dat we niks te verbergen hadden en gewoon waren vergeten ‘that stupid stamp’ te halen, was ik over de grens gegaan; de spreekwoordelijke deze keer. Hierna ben ik over het hele bureau hoofdschuddend gequote door de verschillende medewerkers, en ik moest aanhoren hoe mijn uitspraak uiteindelijk zelfs werd omgevormd tot ‘that stupid fucking asshole bullshit stamp’. Na 4uur wachten, werden we een kamertje ingeroepen. Hier werd onze bagage en lichaamsdelen doorzocht, waarna we een donderpreek van het opperhoofd kregen. We waren criminelen, illegale immigranten en ik praatte te veel. Omdat hij zo een goede ziel was, had hij besloten ons met een waarschuwing ervan af te laten komen, maar we mochten god op onze blote knieeen danken; of iets in die richting. Onze namen werden in het systeem opgenomen en we waren heel erg stout geweest.
Terug bij de grens hadden we uiteraard geen puf meer om te proberen de Zambiaanse Immigratie te ontlopen. We hadden geen geld voor een visum, maar met de laatste centen die we hadden konden we de volgende ambtenaar omkopen. Het geld ging in zijn beurs en de stempels in onze paspoorten. Op naar Lusaka.
Gelukkig wisten we de allerlaatste bus naar Lusaka te halen. Deze zat stampvol met een zambiaans gospel koortje dat was wezen kamperen. De busreis duurde 8uur en dat was indrukwekkend genoeg volledig te vullen met liedjes over een knaap op sandalen.
Na zuur komt zoet
Om van Lusaka via Livingstone in Kasane, Botswana, te komen was peanuts. Ik vond nog ergens in een vakje van mijn tas 300 pula en daarmee konden we de overnachting betalen. De volgende en laatste dag van onze terugreis stonden we voor een zware taak; we hadden 100 pula en daarmee moesten we vanaf Kasane de weg terug vinden naar school.
Om 6uur werden we wakker op een kampeerterrein in Kasane. Normaal gesproken moet men door het gevaar van olifanten een taxi naar de grote weg nemen, maar daar hadden wij helaas geen geld voor. Tijdens de flinke wandeling hadden we geen last van Olifanten, wel hebben we voor ons leven moeten rennen toen er een ‘Wild Hog’ achter ons aankwam. Vrouwe Fortuna lachtte ons weer toe, want meteen wisten we een lift te regelen naar de grens met Namibie. Hier ontmoetten we de Namibische Eric, en toen ik hem beloofde dat ik hem zou helpen met het opzetten van zijn Ivoor-handel in Nederland, wilde hij ons wel een lift geven naar Katima Mulio.
10uur, en we waren in Katima. Het duurde vervolgens even en uiteindelijk wisten we om half 1 een lift te krijgen met een vrachtwagen naar Divundu. Deze vent wilde echter wel onze laatste 100 pula hebben voor deze dienst; eikel. Om 5uur stonden we compleet platzak bij een wegversperring vlak voor Divundu. Door de politie werden we uit de vrachtwagen gekickt, omdat liften met vrachtwagens blijkbaar illegaal was in Namibie. Om 6uur zou de grens sluiten, dus we hadden precies 1uur om daar (30km), zonder geld, te komen. Toen we langs de weg liepen, zag een ik een witte pick-up truck met een blanke bestuurder optrekken uit een zijweggetje. Ik trok een sprintje en wist deze man aan te schieten. Als lifter ben je altijd opzoek naar een blanke in een pick-up truck; Er is veel ruimte, de bestuurder weet het gaspedaal te vinden en ze vragen geen compensatie. Deze man woonde in Divundu, maar wilde ons zonder gezeur helemaal de 30km naar de grens brengen. Ongelofelijk maar waar, we hadden het gehaald en waren terug op school.
Terug op school
De jongens waren dinsdag de 17e April al aangekomen op school. Toen wij de woensdag laat aankwamen, werden we opgewacht door alleen maar lachende smoeltjes. We waren uiteraard kapot na 4 volle dagen reizen, maar het was geweldig die etters weer te zien. ’s Avonds hebben we wat muziek aangezet en hebben we met de jongens rond het kampvuur gezeten. Dat zijn de momenten dat je er echt niet aan moet denken om over 8 weken voorgoed gedag tegen elkaar moet zeggen. Ik ben klaar voor het laatste semester,
Michael van der Sande
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley